Bouwsector: “Dreigende vergunningenstop kon niet de bedoeling zijn”
De Bouwunie, die in Vlaanderen zelfstandigen en kmo’s in de bouwsector vertegenwoordigt, reageert tevreden. “Een vergunningenstop dreigde voor nieuwe bouw- of infrastructuurprojecten, wat uiteraard niet de bedoeling kon zijn”, zegt topman Jean-Pierre Waeytens.
De Bouwunie is “tevreden dat kleine of middelgrote bouwprojecten voor een vergunning geen complexe wetenschappelijke studie moeten uitvoeren”, luidt het voorts. “Dit zou voor bouwkmo’s een dure en zware administratieve last betekend hebben.” De organisatie benadrukt dat het belangrijk is om het akkoord om te zetten in “een voldoende onderbouwd juridisch kader, dat de toets van het Grondwettelijk Hof kan doorstaan”.
Embuild, de vroegere Confederatie Bouw, zegt opgelucht te zijn en hoopt dat met het akkoord “een einde is gekomen aan deze saga en aan de rechtsonzekerheid voor burgers, opdrachtgevers van bouwprojecten en (bouw)ondernemers”. “De facto waren we de afgelopen maanden terecht gekomen in een vergunningenstop”, zegt de directeur-generaal van Embuild Vlaanderen, Marc Dillen. “Telkens opnieuw dreigden vonnissen en arresten bouwplannen te blokkeren. Daarom dient het definitieve stikstofkader zo snel mogelijk te worden ingevoerd.”
Lees ook: Wat betekent het nieuwe stikstofakkoord voor bedrijven?
Chemiefederatie: “Hopen dat het standhoud”
Het bereikte stikstofakkoord moet voor chemiefederatie Essenscia vooral snel zekerheid brengen in het vergunningenbeleid. “Daarom moet het nieuwe politieke akkoord nu zo snel mogelijk goedgekeurd worden in het Vlaams Parlement”, aldus de federatie van de chemische industrie. Verder juicht ook Essenscia de gedifferentieerde aanpak tussen de uitstoot van ammoniak en stikstofoxiden toe.
“De chemie-industrie engageert zich om blijvende inspanningen te leveren om de sterk dalende trend van de stikstofuitstoot in de sector verder te zetten”, klinkt het in een persbericht. Het belangrijke dossier van Ineos bij naam noemen, doet Essenscia niet, al wijst de federatie in het persbericht wel naar “het belang van een juridisch vergunningenkader voor het aantrekken van buitenlandse investeringen”.
Tot slot wijst Essenscia erop dat de chemiesector een “zeer beperkt aandeel heeft in de lokale stikstofdepositie in Vlaanderen”. Om een toekomstige impasse in het vergunningenbeleid te vermijden, pleit Essenscia bij de toepassing van Europese natuur- en waterdoelstellingen voor meer flexibiliteit op lidstaatniveau. “De legitieme zorg voor natuurbehoud mag niet leiden tot onwerkbare vergunningsverplichtingen en een juridisering van het milieubeleid”, besluit de federatie.
Jonge boeren: “Vaagheid troef”
Jonge boeren hebben nog veel vragen over de precieze uitwerking, het perspectief na 2030 en de impact van het stikstofakkoord op de lange termijn. “Hoewel er hoopvolle principes aanwezig zijn, kunnen we pas tevreden zijn als jonge boeren op het terrein niet meer vastzitten. Daar zijn wij nog lang niet”, zegt Bram Van Hecke, nationaal voorzitter van Groene Kring, de organisatie voor jonge land- en tuinbouwers.
Volgens de jongerenorganisatie blijft het ook na het derde stikstofakkoord vaagheid troef, al ziet Groene Kring dat er “stappen vooruit gezet zijn”. “Voor jonge boeren is het van groot belang dat er behalve stikstofreductie ook perspectief komt om nog aan landbouw te blijven doen. Voor Groene Kring was dat dé belangrijkste eis in het dossier”, klinkt het. “We zullen pas gerust ademhalen als het beleid effectief juridisch verankerd wordt en het verschil kan maken op landbouwbedrijven.”
In het nieuwe akkoord lijken voor het eerst principes besproken die dat perspectief aan jonge boeren kunnen bieden, stelt Groene Kring. Onder meer het wegnemen van de onvergunbaarheidsdrempel en de optie tot extern salderen kunnen volgens de organisatie toekomstmogelijkheden bieden. Dat laatste systeem laat toe dat een landbouwer de uitstootrechten kan overnemen van een andere landbouwer die ermee stopt.
“De concrete uitwerking van deze nieuwe principes zal bepalend zijn voor het uiteindelijke perspectief voor jonge boeren”, aldus de jongerenorganisatie . “Als het te rigide of te duur wordt, dan zal er helemaal geen mogelijkheid zijn. Het volledige akkoord zal hoe dan ook een zware impact hebben op de landbouwsector.”
Boerenbond: “Het perspectief is zeer voorwaardelijk”
De Boerenbond reageert terughoudend op het stikstofakkoord van de Vlaamse regering. “Zolang er geen teksten zijn, is het moeilijk om uitspraken te doen over de nieuwe politieke beslissingen”, zegt voorzitter Lode Ceyssens. “Maar het is nu al duidelijk dat de opgave voor de landbouwsector zeer groot zal zijn en dat het perspectief waarvan sprake zeer voorwaardelijk is.”
Volgens de voorzitter heeft de Boerenbond “steeds gesteld dat onze bedrijven al veel inspanningen gedaan hebben en dit willen we blijven doen”. “Voorwaarde is wel dat er een juridisch robuust perspectief komt voor onze toekomstgerichte bedrijven en voor onze jonge boeren. We zullen de teksten en de vertaling in het decreet dan ook grondig bestuderen en hieraan toetsen”, zegt hij nog.
Voka Vlaams-Brabant: “Vlaamse meerderheid neemt nu verantwoordelijkheid”
“De dossiers met vergunningsaanvragen bleven zich de laatste maanden opstapelen. Door de juridische onduidelijkheid werden er geen beslissingen meer genomen waardoor we zijn terechtgekomen in een vergunningenstop, met gigantische potentiële economische schade tot gevolg”, zegt gedelegeerd voorzitter Kris Claes. “De Vlaamse meerderheid neemt nu haaar verantwoordelijkheid en biedt een uitweg uit de crisis.”
Voka roept op om het akkoord zo snel mogelijk om te zetten in een geamendeerd voorstel van stikstofdecreet dat nog dit jaar gestemd kan worden door het Vlaams Parlement.