“Tijdens de eerste jaarhelft zagen we dat de regionale conjunctuur een vrij steile opgang kende”, merkt gedelegeerd bestuurder Johann Leten op. “Gedurende het derde kwartaal verloor onze economie die expansiekracht en bleef de winst eerder beperkt. Dat komt omdat we nu ook duidelijk zien dat de vraag inzakt. De orders zitten in 6 op 10 bedrijven onder het normale niveau. De automobielsector klaagt (-8%, vooral in bedrijfsvoertuigen), de bouw ziet de orderboekjes leeglopen en ook de industrie moet gas terugnemen. Rekenen we daarbij het stijgende aantal werklozen (+21% bij de vrouwen) en het fors dalende aantal starters (-17,5% in september), dan hebben we parameters genoeg die ons pessimistisch stemmen.” Weldra moeten dan ook nog de werklozen van Sappi worden meegerekend…
Enig lichtpuntje is het toerisme in Limburg. “Als we na het zomerseizoen de balans opmaken, zien we dat de toeristische sector recordwaardes neerzet”, stelt Leten. “Limburg noteerde in de eerste helft van het jaar in totaal 96.000 aankomsten meer dan in dezelfde periode vorig jaar. Dit komt overeen met 210.000 extra overnachtingen. Het Limburgs toerisme zit in de lift en bereikt dit jaar zelfs de kaap van 5 miljoen overnachtingen. Het toerisme is daarmee één van de sterkhouders van onze economie. Vandaag creëert deze sector al 10% van de Limburgse werkgelegenheid. Een sector om te koesteren, dus.”