De oogst van de 10.000 wijnstokken van Wijnfaktorij duurt een achttal weken, tot ergens in de tweede helft van oktober. Tot die tijd legt Patrick Nijs elke dag een schuifpuzzel, zoals hij dat zelf omschrijft. “We hebben twintig druivenvariëteiten, verspreid over wijngaarden in Reet, Houwaart, Holsbeek en Maaseik. Elke soort is op een ander moment rijp of reageert anders op het weer of ziektes. Zo spreiden we het risico en verdelen we het werk over de oogstperiode. Maar als ik beslis om vandaag druif A te plukken, wil dat ook zeggen dat druif B nog wat langer blijft hangen. Het is dus altijd wikken en wegen waar de prioriteit die dag ligt”, legt Patrick uit.
Vandaag is de schuifpuzzel zo gelegd dat we in de wijngaard in Houwaart zijn beland, in het glooiende Hageland, waar vandaag onder andere de pinot noir geoogst wordt. De sfeer onder de plukkers zit goed, maar er is concentratie nodig. Tros per tros, zelfs druif per druif wordt aandachtig bekeken, dit jaar nog meer dan anders.
Patrick valt met de deur in huis: het is een moeilijker jaar. “De boosdoener is de fruitvlieg Drosophila Suzukii. Die boort een klein gaatje in het onrijpe blauwe fruit om haar larven in te laten groeien. Als je tegen een aangetaste tros duwt, zie je de vliegjes opvliegen. Je ziet het ook aan de vele kardinaalvlinders in de wijngaard. Die profiteren mee van de – door de vliegjes – opengebarsten druiven en komen zoet sap opzuigen. Door het vochtige weer in augustus is de populatie vliegjes de voorbije weken geëxplodeerd. Niet enkel bij mij, maar zowat in elke wijngaard in ons land. Het probleem is dat de larve suiker consumeert en ook lucht binnenhaalt in de vrucht. Zo krijg je azijnvorming.”
En als er nu één ding is waar de wijn niet naar mag smaken… Gelukkig zijn ze het hier gewoon om heel fijnmazig te triëren. “We doen hier sowieso alles met de hand”, zegt Patrick. “Nu kan het ook niet anders. Als we hier nu grofweg met de tractor zouden doorrijden om machinaal te oogsten, dan zou ik geen drinkbare wijn hebben. Per tros halen we letterlijk elke druif weg die aangetast is. Soms is het één druifje, soms een halve tros. Daar kruipt tijd in, maar er is geen alternatief. Per dag plukken we op die manier maar zo’n honderd kilo per persoon.”
Geen lapmiddeltjes
Van ‘lapmiddeltjes’, zoals hij dat zelf noemt, is Patrick op zijn zachtst gezegd geen fan. Hij is namelijk een overtuigd natuurwijnmaker. “Je kan die slechte druiven mee persen en er nadien een hele bak sulfiet bijgieten, dan zou het nog goed kunnen komen. Maar dat doen we bewust niet. Wij gebruiken ook geen klaringsproducten en we filteren niet. Met al die technieken haal je niet alleen het slechte weg, je haalt ook veel goeds weg. Smaak en karakter dus. En die identiteit willen we net maximaal behouden.”
“Eén sproeibeurt met een insecticide zou voor mij zeven jaar werk tenietdoen. Want je doodt niet alleen die vervelende vlieg, je doodt ook alle andere nuttige insecten en maakt de biodiversiteit kapot. Ik heb die natuurlijke vijanden nodig, ik wil een levende wijngaard. Anders krijg je een vacuüm waarin de fruitvlieg zich volgend jaar nog beter gaat voelen. Waardoor je nog meer moet sproeien. Enzovoort. Ik ben er trouwens van overtuigd dat mijn collega’s die wel insecticiden inzetten ongeveer hetzelfde of meer verlies hebben, omdat ze de natuurlijke vijanden van de fruitvlieg ook gedood hebben.”
Tal van toprestaurants zetten Patricks wijnen op de kaart. Elke fles is het resultaat van zijn dans met de natuur. Zijn opgebouwde reputatie als topwijnmaker en de bijhorende verwachtingen lijken hem niet al te veel stress op te leveren tijdens de oogst. Ook al kan de natuur soms met verrassingen komen, moet hij constant puzzelen en tussendoor nog hard werken ook. “Als je doet wat je kan, dan moet je geen stress hebben”, glimlacht hij.
“Ik probeer gewoon elk jaar het beste te maken met wat de natuur biedt. Mijn wijn is elk jaar anders. Als 2022 warm was, dan zal hij krachtiger en voller zijn. Als 2021 koeler was, dan zal hij meer zuren en minder alcohol hebben. Je mag, je moét dat zelfs proeven. Wie wil er nu eenheidsworst?”
Altijd focus
De plukkers genieten duidelijk van hun taak. Ze hebben het over hun vakantie en over wat ze gisteren gedaan hebben. “Dit is de meest ontspannende bezigheid die er bestaat. Wat een zaligheid”, glunderen ze. Patrick geniet ook, maar de focus blijft. “Ik probeer aandachtig te observeren en te leren. Kunnen we niet nog iets anders snoeien? Hoe komt het dat bepaalde trossen er beter uitzien? Dat obsessieve kantje zit in mij, ik kan het niet afzetten. Dit is geen bij-job voor mij, dit is een levenswerk dat ik mijn volle focus geef”, zegt de ingenieur van opleiding.
Hij zet de natuur ook actief in om hem te helpen. Zo zien we onder andere wilde venkel, kaasjeskruid, komkommerkruid, slangenradijs en wilde chicorei tussen de wijnranken. De kruiden en bloemen staan er niet alleen voor de schonigheid. “Ze trekken allerlei insecten aan zoals bijen, spinnen en oorwormen. Die biodiversiteit zorgt er ook voor dat mijn bodem gezond blijft en dat plagen minder kans maken. En de wortels van de druivenstokken gaan onder de grond in symbiose met de wortels van de kruiden. Zo wisselen ze voedingsstoffen en smaak uit. Daarom is het zo belangrijk om niet te schoffelen, niet te ploegen, want dan maak je de ondergrondse netwerken en structuren kapot”, legt hij uit.
Tijdens de oogst trekt Patrick ’s middags meestal een flesje wijn open bij de lunch. Het is een Chansaar, de wijn die van Gault&Millau eerder dit jaar een award kreeg als beste Belgische rode wijn. Kwestie van de plukkers in de watten te leggen. “Het heeft iets magisch om een glas wijn te drinken op de plek waar de druiven gegroeid zijn. Ik zit hier bijna een heel jaar van ’s morgens tot ’s avonds in die wijngaard. Maar geef toe: het is het toch allemaal waard, niet?”