Vrouwen aan de dok 4 Foto: Ilse Prinsen, RR

Vrouwen staan hun mannetje ‘aan de dok’: “We doen gewoon onze job”

ANTWERPEN - De havenwereld mag dan traditioneel mannelijk zijn, steeds meer vrouwen vinden er hun weg naartoe. Zeven van hen getuigen over hun werk aan de haven. “Eigenlijk moet je geen apart artikel aan ons wijden, elk van ons is one of the guys. We doen gewoon onze job, met veel plezier bovendien.”

Het stereotiepe beeld van de stoere bink die met een loodzware zak op de schouder loopt te zeulen, is allang achterhaald. Werken ‘aan de dok’ is vandaag enorm veelzijdig en er zijn ook jobs die geen fysieke krachtpatserij vereisen. Jobs die perfect door vrouwen kunnen worden gedaan. En dat doen ze, steeds meer.

“Nog geen dag tegen mijn zin gewerkt”

Zo stapte Linda Lambregts (43) uit Ekeren al vijftien jaar geleden de havenwereld binnen. “Toen waren er nog veel minder vrouwen, maar als je op een respectvolle manier grenzen trekt, is er geen enkel probleem. Ik kan ook wel tegen een stootje, want ik heb lang een eigen café gehad.”

Daar kwamen veel dokwerkers, en zij waren het die Linda aanspoorden tot een carrièreswitch. “Maar net toen ik in de haven was begonnen, brak in 2008 de bankencrisis uit. Dan sta je daar als leek in het kot. Ik kende niemand, had nog nooit een container van dichtbij gezien.”

Tot Linda het voorstel kreeg om een markeur te vervangen in nachtshiften. “Dat is me zo goed bevallen dat ik nog steeds met de nacht sta, maar nu als chauffeur. Ik doe dat graag, al was het soms zwaar als alleenstaande moeder. Ik werk nu op een vaste kaai en heb dat nog geen dag tegen mijn zin gedaan.”

 

Linda is DA-chauffeur (dokautovoerder), wat betekent dat ze alle mechanische toestellen in de haven mag bedienen, met uitzondering van kranen. “Ik rijd meestal met een reachstacker. Daarmee verplaats je containers voor je uit, in plaats van je erboven te plaatsen zoals een straddle carrier dat doet.”

“Hier kun je jezelf zijn”

De 23-jarige Lina van der Meiren uit Melsele bestuurt dagelijks zo’n straddle carrier. Jong als ze is, heeft ze toch al vijf jaar havenervaring op de teller staan. “Na twee maanden vakantiewerk was ik verkocht voor een job als dokwerker. Ik ben in de voetsporen van mijn vader gestapt. Hij werkt al 29 jaar in de haven”, vertelt ze. “Het werk is leuk en gevarieerd en de collega’s zijn geweldig.”

We willen het toch weten… of zo’n mooie, jonge blondine ‘aan de dok’ niet (te) veel reacties uitlokt bij al dat testosteron? “Ik ben zelf niet op mijn teut gevallen”, lacht Lina. “Je moet mee kunnen lachen en zwanzen. Dat vind ik hier fijn, je kunt gewoon jezelf zijn.”

Na een jaar als markeur met de pas – pasmannen of -vrouwen hebben geen boek, geen officiële erkenning als havenarbeider – koos Lina voor een job als dokwerker waarbij ze alle mogelijke taken kreeg. “Potten (twistlocks) vastmaken onderaan de containers, streepjes trekken voor de chauffeurs, soms aan boord vijf meter hoog containers lostrekken. Ik pas mij aan. Ook toen ik lichters met kolen moest leegscheppen op de kolenterminal en elke dag zwart thuiskwam. Tot ik intern een opleiding mocht volgen om een kraan te besturen die de lichters vult met kolen. Leuk. Maar er was weinig werk in de kolen en dus ben ik terug op kaai 1742 in Kallo gaan werken als dokwerker, in de ploeg met mijn vader. Een jaar later legde ik mijn testen af voor chauffeur. Geslaagd. Ik heb zelfs mijn passie voor de job van straddlechauffeur overgebracht op mijn vriend, die nu ook deze job doet. Hij kan van mij leren.”

Lina wil later voor DA gaan, om meerdere machines te kunnen besturen. “En veel later wil ik het misschien overwegen om kraanvrouw te worden. Maar we zien wel, ik ben niet zo’n planner.”

Gelijkheid

Naast de dokwerkers telt de haven ook veel (mannelijke en vrouwelijke) logistieke arbeiders. Nicole Alpaerts (61) uit Beveren maakte ruim twintig jaar geleden de overstap van haar bakkerij naar een job in de haven. “Ik kon mijn energie kwijt met het stapelen van dozen en werk nog steeds in de magazijnen van Yusen, waar ik de vorklift bestuur.”

Zo veel rijdende machines in de haven waarbij vrouwen aan het stuur zitten. Berg dat cliché van ‘t is weer… ook maar al ergens ver weg. “Je hebt in de haven sowieso twee soorten: topchauffeurs en strontchauffeurs”, lacht Tiny Janssens (38) uit Antwerpen. “Het maakt niet uit of je man of vrouw bent, soms krijg je een van beide labels.”

Tiny leerde de kneepjes van het chauffeursvak door alle mogelijke machines te besturen. “Mijn eerste shift was op 8 februari 2013, exact tien jaar geleden dus. Ik had ervaring als vorkliftchauffeur en ben te hulp geschoten om bij Luiknatie bananen te lossen. Nadien ben ik voor mijn boek gegaan en na zeven jaar DA-chauffeur geworden. Ik wilde alle kaaien gedaan hebben en alle jobs leren. Goed voor het zelfvertrouwen. En ik heb op elke kaai vrienden gemaakt. Zeg, eigenlijk moet je geen apart artikel wijden aan vrouwen in de haven”, stelt ze vast. “Het is nu absoluut normaal dat mannen en vrouwen er samenwerken. Hier is er gelijkheid, zolang je je job maar goed doet.”

“Allemaal hetzelfde doel”

Tiny was er twee jaar geleden bij toen Hannelore Hannes (26, Linkeroever) haar eerste shift deed als pasvrouw. “Ik herinner me dat nog goed”, zegt Hannelore. “Ik dacht amai, da’s hier gigantisch, en er zijn zo veel mannen. Maar Tiny heeft meteen met haar vrolijkheid en enthousiasme die zenuwachtige ik op haar gemak gesteld. Na die shift wist ik: deze job zie ik echt wel zitten.”

Hannelore is nu markeur op een containerkaai. “Controleren of containers schade hebben, schadecodes ingeven op mijn zakcomputertje, checken of de juiste labels op de containers kleven en zo meer. Wij moeten ervoor zorgen dat de containers op de juiste plek op de boot worden gezet, je moet je hoofd erbij houden. Soms ‘staat het schip in brand’, dan moet het snel worden gelost en geladen en is het echt alle hens aan dek. Ik doe dat graag: gas geven.”

 

Tijdens de fotoshoot roept een van de mannen haar na: “Hey, ik wil mee op de foto.” “Jij bent niet knap genoeg”, dient Hannelore de man gevat van repliek. “Hier aan de haven mag ik ook al eens een vulgair grapje maken. Dat was vroeger anders in een keuken met vijf vrouwen samen. Toen ik begon als dokwerker en potten moest steken, kreeg ik wel commentaar zoals ‘die gelnagels liggen er straks wel af’.”

Gegrond? Ze lacht en toont haar fraaie lange nagels. Het is duidelijk niet omdat ze ‘aan de dok’ werken, dat deze dames hun vrouwelijkheid verliezen. “Vrouwen maken de dok vandaag mee groot. Wij tonen de wilskracht en de moeite om te leren wat de mannen kunnen. Ik heb hard gewerkt om mezelf te bewijzen en ondertussen ben ik one of the guys. Ik heb geweldige collega’s die mij helpen als het nodig is. We staan hier allemaal met hetzelfde doel: onze boterham verdienen en zien dat de job goed gedaan is.”

Of de job van markeur ook minder leuke kanten heeft? “Je staat heel vaak buiten en als het regent, stribbelt je zakcomputertje soms tegen. Je werk gaat ook trager als je handen bevroren zijn. Maar: in de zomer staan wij wel zalig in het zonnetje”, ziet Hannelore ook de keerzijde van de medaille.

“Vaste boek is als goud in de hand”

“Dan vragen mensen me of ik op reis ben geweest omdat ik al zo bruin zie”, valt Britt Helsen (36) uit Antwerpen in. Ook zij is polyvalent markeur, nu bij Zuidnatie. “Ik ben als logistieker begonnen bij Katoen Natie, waar ik een heel leuke tijd heb beleefd. Maar mijn vader, foreman van de kuiperij, zei: ‘Als je dan toch in een overall gaat werken, kom dan maar naar de echte dok. Ne vasten boek aan de haven is als goud in de hand.’ Ik heb naar hem geluisterd en werk nu elf jaar aan de haven als markeur. Ik heb ook mijn partner leren kennen bij Zuidnatie, waar ik werk.”

 

“Uiteraard ben ik niet in de kuiperij gegaan zoals mijn vader, want sommige jobs zijn nu eenmaal fysiek niet haalbaar voor een vrouw. Ik zal altijd de mannen in de haven blijven respecteren. Respect moet natuurlijk van beide kanten komen. Is dat er, dan werken mannen en vrouwen perfect samen. Zoals mijn schoonvader altijd zegt: ‘Een merrie moet even hard aan de kar trekken als een hengst.’”

‘Een piet’

Markeur Kiani Herremans (28) uit Beveren had vroeger alleen vrouwelijke collega’s in een wasserette. “Leidinggeven aan vrouwen die allemaal ouder zijn dan jij, da’s pas uitdagend”, lacht ze. “Geef mij maar de havensector. Ik werk nu vijf jaar als markeur stukgoed, vooral voor hout, staal en roro (voertuigen). Het enige nadeel is dat ik op elke auto nu meteen het chassisnummer zoek.”

Tijd voor de groepsfoto. Tiny zet zich gezwind aan het stuur van een dertigtonner om hem in de juiste richting te plaatsen voor het licht. Linda wijst naar een grijpelement vooraan de mastodont: “Dat noemen ze ‘een piet’.” Hilariteit.

We zien inderdaad enige analogie qua vorm. Dat masculiene van de haven zal er altijd wel blijven, maar de ketens in het grote raderwerk zijn allang niet meer uitsluitend mannelijk.