Picture1 Bruno De Wulf, Robert Torck en Joseph Cleiren aan een bietenveld in Meer bij Goetsenhoven. Foto VDT

Steeds meer bietentelers stoppen, sector luidt alarmbel

TIENEN - De afgelopen vijf jaar haakten zo’n duizend bietentelers af en dat is veel. De vier spelers uit de sector, de Tiense Suikerraffinaderij, Iscal, de Confederatie van Belgische Bietenplanters (CBB) en het Koninklijk Belgisch Instituut voor de Verbetering van de Biet (KVIVB) willen de aandacht vestigen op deze zorgwekkende cijfers en lanceren daarom ‘Plan B(iet)’.

Een op de vijf Belgische landbouwers teelt suikerbieten. “Ons land wordt beschouwd als het beste land in Europa om suikerbieten te telen en ook dit jaar doet België het weer goed met zowel een opbrengst als een suikergehalte die vijf procent hoger liggen dan in voorgaande jaren”, zegt Robert Torck, CEO van Iscal. “Sinds 2017 is echter 14 procent van de landbouwers gestopt met het telen van bieten en dit aantal stijgt nog steeds.”

“Sinds de afschaffing van de suikerquota in 2017 is onze industrie in rechtstreeks contact met de wereldmarkt gekomen”, aldus Bruno De Wulf, secretaris-generaal van CBB. “En dat heeft pijn gedaan. De Tiense Suiker had kunnen verdwijnen. Iedereen hield zijn adem in. De prijzen doken naar een ongezien laag pijl. Maar tegelijk deden er zich nog meer uitdagingen voor onze sector voor, zoals de klimaatverandering en meer recentelijk de energiecrisis.”

“Door deze onzekerheden zijn meer dan duizend landbouwers sinds 2017 gestopt met het telen van bieten”, betreurt De Wulf. “Dit komt overeen met een vermindering van ongeveer 7.000 hectare teelt. Als we de drie suikerfabrieken in ons land nog blijvend willen bevoorraden, moet er aan de achteruitgang van de bietentelers een halt toegeroepen worden.”

Rendabel

Een van de landbouwers die verder actief blijft in de bietenteelt, is Joseph Cleiren uit Tienen. “Ik doe al veertig jaar in bieten en heb de stiel van mijn vader geleerd. De reden dat we investeren in bieten is omdat de gronden in onze regio zeer geschikt zijn voor deze teelt, wat voor een goede opbrengst zorgt, samen met de veredeling van de soorten bieten.”

“De laatste jaren zijn er wel wat uitdagingen op onze weg gekomen, zoals het verbod op het gebruik van neonicotinoïden, wat steeds efficiënt was tegen vergelingsziekte. Toch ben ik ervan overtuigd dat het telen van bieten nog heel rendabel kan zijn. We zaaien één doos van anderhalve kilo en dat geeft ons tot 150 ton gewas, wortel en blad erbij.”

De Confederatie van Belgische Bietentelers (CBB), het Koninklijk Belgisch Instituut voor Bietenverbetering (IRBAB) en de suikerfabrieken Iscal en Tiense Suikerraffinaderij zijn er dan ook van overtuigd dat het noodzakelijk is de krachten te bundelen. Ze organiseren woensdag een event ‘Plan B(iet)’.

“We gaan na hoe we de sector opnieuw kunnen heruitvinden door inkomsten te garanderen, hoe we de bieten kunnen beschermen en hoe we moeten omgaan met de klimaatverandering”, zegt Bruno De Wulf. “Het project van de vier actoren gaat uiteraard verder dan één event, en wil, dankzij het door Plan B(iet) gevormde kader, de dialoog bevorderen en acties stimuleren.”