In het coronajaar 2020 hadden de Limburgse KMO’s wel wat andere katten te geselen dan opleidingen en advies in te plannen. Het aantal aanvragen voor de subsidies van de KMO-Portefeuille liep dan ook terug met 25%. Vorig jaar kwam de motor opnieuw op gang, en werd met een stijging van 20% het eerdere verlies bijna goedgemaakt. Uit de analyse van de cijfers die Vlaams parlementslid Rita Moors (NV-A) ontving van Vlaams minister Jo Brouns (CD&V), blijkt dat het gaat om 6 miljoen euro aan steun, goed voor in totaal 23 miljoen aan investeringen. Vooral in opleidingen. Het bedrag is evenwel nog ver verwijderd van het jaar 2019, toen er maar liefst 10 miljoen uit de KMO-Portefeuille werd gehaal door Limburgse ondernemingen.
“Het toegenomen aantal dossiers in de KMO-Portefeuille is goed nieuws”, aldus Bart Lodewyckx, gedelegeerd bestuurder van Unizo Limburg. “De maatregel gaat ondertussen al heel wat jaren mee en blijft –ondanks de inperking van de steunpercentages en bedragen– een belangrijke impuls voor KMO’s.” Vlaams Parlementslid Rita Moors vult aan: “Dat onze Limburgse ondernemers de weg naar de KMO-Portefeuille hebben teruggevonden, bewijst hun veerkracht na een moeilijke periode. Hiermee erkennen ze bovendien het belang van investeringen in de kwaliteit van hun werknemers.”
Anders is het gesteld met de KMO-Groeisubsidie, een ander Vlaams subsidiekanaal. Het aantal aanvragen nam in Limburg af met 40%, terwijl het toegekende steunbedrag halveerde van 2,3 naar 1,1 miljoen euro. “De verminderde populariteit van de KMO-Groeisubsidie valt te linken aan de invoering van thematische oproepen in het afgelopen jaar”, weet Lodewyckx. “Tot en met 2020 konden alle dossiers doorheen het jaar ingediend worden, sinds 2021 wordt de KMO-Groeisubsidie toegekend via een competitieve oproep per thema.” Van deze subsidie werd slechts de helft van de ingediende aanvragen goedgekeurd, bij de KMO-Portefeuille lag dat percentage op 92%.
Lodewyckx besluit: “Gezien het grote hefboomeffect blijven we ijveren voor de handhaving van deze budgetten, zodat de ondersteuning van KMO’s structureel wordt voortgezet.”