Ingrid Vercammen (53) en Bert Nys (43) hebben een half horecaleven achter de rug. Ze hebben zichzelf opgewerkt en waren een tijdlang manager van horecazaken. Toen daar een eind aan kwam, begonnen ze een adviesbureau om jonge ondernemers te helpen met het starten van een zaak. “Tijdens corona hadden we geen werk meer, maar de passie bleef en die proberen we nu uit te leggen in Zola”, zegt Ingrid.
“Het werd bewust een kleine zaak, die we met twee kunnen runnen”, zegt Ingrid. “Waarom pizza? Omdat de Italiaanse keuken al heel mijn leven met me meeloopt”, verklaart Bert. “Bij alles wat ik deed, bleef die naar boven komen. En ik vond dat de pizza stilaan een boost kon gebruiken. Wij kennen hem als fastfood, maar ik wilde met verse en verfijnde ingrediënten de clichés doorbreken en een nieuwe ervaring bieden.”
Tussen hun dertien pizza’s is er dan ook maar een die een belletje doet rinkelen: de Zia Margherita, of Tante Margherita. Die krijgt kerstomaatjes, parmezaan en basilicum, maar ook echte buffelmozzarella. Er is een Old Shepherd met lamsvlees, geitenkaas, ricotta en kerstomaatjes.
De Colonel Bogey is een pizza met pecorinokaas, kastanje, lardo di colonnata (flinterdun soort vet spek), salie en rozemarijn. Volgens Bert zomert het dan op je bord. De naam Zola verwijst voor het koppel trouwens naar een zorgeloos meisje dat de zon meebrengt als ze binnenkomt.
Vegetarische varianten
Voor onze neus kwamen enkele klanten om vegetarische pizza’s vragen die niet op het menu staan. Maar voor Ingrid en Bert is dat geen probleem: voor alles is er een vegan- en vegetarische variant, eventueel met bijkomende ingrediënten.
Natuurlijk is er meer dan pizza. Op marktdagen hebben ze bij Zola verschillende ontbijtformules, er zijn gerechtjes om te delen en Italiaanse sandwiches gevuld met pulled porc of pulled chicken, draadjesvlees van varken of kip, met een topping die je zelf kiest. In de Norcino bijvoorbeeld verwekte Bert Salsa Verde en pecorinokaas. Hij bouwde de sandwich in laagjes op: eerst proefde ik het warme broodje met het draadjesvlees dat aan de rand lichtjes crispy was. Daarna liep de Genovese pesto zachtjes binnen en ten slotte kwam de pecorino erdoor. Bert noemt dat een smaakbalans en die was zeker geslaagd.