Terwijl de studenten aan universiteiten en hogescholen nog volop moeten beginnen aan hun examens, kregen de landen van de Europese Unie midden mei hun economisch rapport. Ze hoefden daarvoor geen examen af te leggen – het is eerder een beoordeling op hun dagelijks werk. De Europese Commissie beoordeelt landen namelijk regelmatig op hun begroting, hun loonontwikkeling, de inflatie en de houdbaarheid van hun overheidsfinanciën.
“België kan beter” stond de facto op het Belgische rapport. Toch was er ook positief nieuws: volgens de voorspellingen van de Commissie blijft de Belgische economie groeien. Na een recordgroei van meer dan 6% in 2021, koelt de groei af naar ongeveer 2% dit en volgend jaar. De werkloosheid daalt dan ook en er is een groot aantal vacatures. Tot daar het positieve nieuws.
“Wat doet u met een kleine buurtwinkel waarvan de prijzen sneller stijgen dan die van andere winkels? U mijdt die en zoekt alternatieven”
Grote zorgen maakt de Europese Commissie zich over de hoge inflatie en de hoge overheidsschuld en begrotingstekort. Laat ons beginnen met de inflatie: die stijgt niet alleen sneller dan in andere landen, omwille van onze automatische loonindexering vertaalt ze zich sneller in loonstijgingen dan in onze buurlanden. Anders gesteld: de automatische indexering van de lonen leidt bij ons snel tot een automatisch verlies aan concurrentiekracht.
Werkgeversorganisatie Voka berekende dat de loonkosten in België tussen 2020 en 2023 met maar liefst 16,4% zullen stijgen. In onze buurlanden is dat slechts 10,9%. Wat doet u met een kleine buurtwinkel waarvan de prijzen sneller stijgen dan die van andere winkels? U mijdt die en zoekt alternatieven. Dat is ook voor België het gevaar. De automatische loonindexering levert op korte termijn weliswaar koopkracht voor de burger, op middellange termijn zorgt ze voor welvaartsverlies voor iedereen.
Schulden
De tweede buis krijgt België voor zijn begroting. De overheidsschuld bedraagt 107,5% van ons BBP en daarmee staan we in de lijstjes tussen de landen van Zuid-Europa. Ondanks het feit dat we zowat de hoogste belastingen betalen binnen de Europese Unie, loopt de schuld op. We krijgen de overheidsuitgaven maar niet onder controle.
Bovendien zullen de overheidsuitgaven de volgende jaren nog verder oplopen. De vergrijzing van de bevolking, de energietransitie, de klimaatinspanningen en verhoogde uitgaven voor defensie kosten allemaal handenvol geld. Hoe pakken we dat best aan?
Ofwel vragen we nog meer geld aan wie werkt en onderneemt: hogere belastingen dus. Gegeven de al torenhoge belastingdruk lijkt dat geen haalbare kaart – verdere belastingverhogingen zullen jobs, economische activiteit en welvaart vernietigen.
Een tweede mogelijkheid is extra geld lenen: meer schulden maken dus. Ook dat is geen goed idee. “Meer schulden maken” staat synoniem voor “de rekening doorschuiven naar onze kinderen en kleinkinderen”. Bovendien maken hogere schulden ons nog kwetsbaarder voor rentestijgingen. Wanneer dat vroeg of laat gebeurt, worden stijgende rentelasten op onze hoge schuld een extra molensteen voor onze begroting.
“Een heel kleine groep werkende en ondernemende burgers betaalt heel hoge belastingen – om de inactiviteit van veel anderen te financieren”
Dan rest eigenlijk slechts één mogelijkheid: zorgen dat er meer mensen belastingen betalen. Vandaag zijn er dat in België veel te weinig. Hoe dat komt? België is in verhouding het land waar zowat het minste mensen actief zijn op de arbeidsmarkt. Een heel kleine groep werkende en ondernemende burgers betaalt heel hoge belastingen – om de inactiviteit van veel anderen te financieren. Hoe meer mensen werken, hoe meer mensen belastingen bijdragen en hoe lager de gemiddelde belasting per werkende kan zijn.
Door meer mensen te laten werken, zouden we in één klap heel wat Belgische pijnpunten tegelijk aanpakken. Met meer mensen aan de slag krijgen we de openstaande vacatures ingevuld en creëren we dus meer welvaart. De overheid krijgt meer geld binnen en bespaart op uitkeringen. De belastingen kunnen dalen voor iedereen terwijl we toch de overheidsschuld afbouwen én nog eens geld overhouden voor alle belangrijke projecten die op stapel staan. Alleen op die manier zullen we met ons rapport opnieuw aan de Europese top terechtkomen.
De samenvatting van het Belgische rapport is dan ook duidelijk: “België kan beter. Herpak je en ga aan het werk.”