Frank De Crock runt al tientallen jaren de speciaalzaak Besa in Tessenderlo. Een echte vakman voor wie sleutels en sloten geen geheimen hebben. Vanuit de frustratie dat er weinig nieuwe collega’s bijkomen die kwalitatief, veilig, eerlijk en proper werk afleveren, heeft hij zelf een praktijkgerichte cursus samengesteld. Samen met collega Marc Bijnens van De Limburgse Slotenmaker leidt hij in een half jaar tijd nieuwe kandidaten op tot echte vakmannen.
“Ja, er zijn heel wat cowboys in onze sector actief”, zegt Frank. “Malafide figuren zelfs, die woekerprijzen vragen om knoeiwerk te verrichten. Van sommigen weet je niet of ze de technieken en systemen willen leren om er misbruik van te maken.” De bekommernis om het imago van onze sector op te krikken, is dus zeker een drijfveer om zelf een cursus op te zetten. “Door meer betrouwbare vakmensen in het beroep te introduceren, worden klanten beter geholpen en is het voor iedereen aangenamer werken. Daarom organiseren we deze opleiding.” (lees verder onder de foto)
Politie leert deuren openen
Frank en Marc laten per cyclus van een half jaar telkens 16 cursisten toe. De plaatsen zijn bijzonder snel volzet. “Er is inderdaad veel belangstelling voor praktijkgerichte lessen, gegeven door vakmensen met jarenlange ervaring. De deelnemers zijn graag bereid om twee avonden per week les te volgen bij ons. Redelijk intensief, toch wel. We geven vooral heel veel tips uit de praktijk. Fabrikanten en leveranciers stellen materialen ter beschikking om mee te oefenen. De deelnemers moeten ook werkstukken maken binnen bepaalde tijdspannes. Zo leren ze omgaan met deadlines, net zoals die later door hun klanten worden opgelegd.”
De lesgevers geven aan hun cursisten telkens een belangrijke boodschap mee: “Werk samen! Je ziet in onze branche veel slotenmakers die hun regio en klantenbestand afschermen uit schrik dat currenten ermee gaan lopen. Wij pleiten daarentegen voor een hecht netwerk van echte vakmensen, die naar elkaar doorverwijzen en elkaar uit de nood helpen. Vertrouwen en transparantie zijn van levensbelang in ons vak.” Frank en Marc krijgen intussen ook vragen van andere professionals die zich willen bijscholen. “Brandweer en politie zijn bijvoorbeeld sterk geïnteresseerd om alles te weten over het openmaken van deuren en over de hele systematiek die wij hierrond ontwikkeld hebben. Of concierges en onderhoudstechnici van scholen, gemeentebesturen, enzovoort. Zij willen ook allemaal weten hoe een ‘sleutelplan’ in elkaar steekt en hoe de moderne technieken evolueren. Denk aan allerlei elektronische sloten of andere toegangsherkenning zoals via vingerafdrukken of iris-scanning. Maar wij houden het liever traditioneel, dat is al moeilijk genoeg.”
Frank en Marc hebben de bedoeling om later, als ze met pensioen zijn, ook dagcursussen te gaan geven, en dat liefst in een eigen leslokaal. “Er zijn zoveel evoluties voor scholing en bijscholing in onze sector dat we hier nog wel even zoet mee zijn”, getuigt het duo. “Denk aan moderne technieken voor het openen van auto’s bijvoorbeeld. Daarover alleen al kan je een aparte cursus organiseren…”
Nicky Vankets: “Leerlingen moeten vooral een realistisch beeld krijgen van wat ze in een bedrijf mogen verwachten.”
“Droom van jongeren aanwakkeren”
De gekende modeontwerper Nicky Vankets is nog zo iemand die vanuit zijn bekommernis om geschoold talent naar de sector te loodsen, zelf de handschoen opneemt. Als coach aan de mode-opleiding van het Atheneum Martinus in Bilzen, probeert hij de bakens te verzetten en het talent te sturen in de richting waar de bedrijfswereld naar smacht.
“Net als heel veel andere ondernemers hebben wij nood aan gemotiveerde jongeren die over de nodige basiskennis én attitude beschikken om een carrière in de mode aan te vatten”, zegt hij. “Als je dan merkt dat niet alle talenten -die van de nochtans gespecialiseerde studierichting komen- direct inzetbaar zijn, dan kan je 2 dingen doen: ofwel gaan huilen in een hoekje en alleen ervaren mensen kansen geven, ofwel proberen om een bijdrage te leveren aan de opleiding, zodat de toekomstige arbeidskrachten een realistisch beeld krijgen van wat er later van hen zal verwacht worden. Ik heb voor dat laatste gekozen en ben samen met de opleidingsverantwoordelijken van de school gaan nadenken over een curriculum dat beter aansluit bij de actuele noden van de sector. Dat is niet alleen goed voor de ondernemingen, maar vooral voor de jongeren zelf. Want wij willen hun droom om het te maken in de mode-industrie aanwakkeren, en dit afstemmen op een reële functie die past bij hun capaciteiten en ambitie. Dat is niet simpel, want er is een innovatie in het leersysteem voor nodig. De pedagogisch geschoolde leerkrachten moeten hiervoor samenwerken met mensen uit de praktijk. Directies en ook de ouders moeten daar open voor staan, en dat is bij Atheneum Martinus gelukkig het geval. Zij beseffen heel goed dat de leerlingen het meest gebaat zijn bij een opleiding die later gelukkige werknemers en jobzekerheid oplevert.”
Coaching
Nicky Vankets wil niet alleen technische kennis bijschaven, maar ook de attitude en de soft skills aanscherpen. “Werken in teamverband, omgaan met deadlines, faalangst kunnen counteren, op tijd komen, respect voor materialen, prijsbewust handelen, creatief uit de hoek durven komen… Het zijn allemaal vaardigheden die je nodig hebt in onze sector, en dus moet dat mee in de opleiding zitten. Zo komen de leerlingen tijdens hun stage of latere job niet voor verrassingen te staan en is de kans veel groter dat ze een mooie carrière in de mode zullen uitbouwen in plaats van na hun studies een totaal andere richting uit te gaan.”
Samen met de school wil Vankets nog meer input verzamelen om de actuele noden van bedrijven naar toekomstig talent te kennen. “Als wij van alle beroepen in de sector weten wat de vereisten zijn, kunnen wij onze leerlingen hier nog beter op voorbereiden. Zowel algemeen, als in individuele coaching op basis van ieders capaciteiten. Zo’n rol opnemen kost ons als bedrijfsleider, en ook de betrokken leerkrachten, heel veel tijd en energie, maar als we dan merken dat het vruchten afwerpt, is dat met veel plezier gedaan.”
