“We willen de grootste pralinefabriek in de Kempen worden”, zegt Rob Geuens, zaakvoerder van Limar in Het Nieuwsblad. Daarom plant de familie de bouw van een nieuw bedrijf van 12.000 vierkante meter, met de mogelijkheid om nog eens 3.000 vierkante meter bij te bouwen. De productie komt op de bovenverdieping, en de verpakking op het gelijkvloers.
De huidige fabriek in Turnhout is eigenlijk nog nieuw. In 2010 is Limar hier begonnen met de productie van haar pralines, met de bekende zeevruchten als sterproduct. “We dachten dat we hier een leven zouden zitten”, zegt Rob. “Door onze sterke groei is de fabriek na 11 jaar al weer te klein. De enige optie voor ons was om elders een nieuwe fabriek te bouwen.”
“In 2009 begonnen we aan de bouw van de huidige fabriek. Omdat we meer konden produceren, gingen we ook meer verkopen. Onze omzet verdubbelde hierdoor. Door corona zagen we een lichte terugval, maar vandaag zitten we weer aan onze limiet. Naar zo’n 40 landen voeren we nu onze pralines uit. Eigenlijk zijn onze gekende zeevruchten nog maar een klein deel van het gamma.”
Bij Limar werken ruim 60 medewerkers, aangevuld met een veertigtal interimkrachten. Voor het inpakwerk doet Limar beroep op maatwerkbedrijven uit onze regio, zoals A-Kwadraat uit Turnhout en Lidwina uit Mol, waardoor nog eens 250 mensen voor Limar aan het werk zijn. In de nieuwe fabriek is er de ruimte om mensen met een beperking op de site zelf te laten werken.
Rob Geuens staat samen met zijn zonen Niels en Geertjan aan het roer van Limar. De familie Geuens was aanvankelijk niet actief in chocolade, maar runde in Baarle-Nassau supermarkten, onder andere Bruurs. “Limar was een kleine chocoladeproducent die aan Bruurs leverde. Toen die failliet ging in 1983, nam mijn vader het bedrijf over. In 1984 brachten we Limar over naar Turnhout, in het pand waar vroeger Leysen Speelgoed gevestigd was.”