Lokale producenten
Een van die grote spelers is Carrefour. De warenhuisketen heeft zo’n 18% van de markt in handen in ons land. In hun warenhuizen vind je tegenwoordig producten die rechtstreeks van de lokale boer komen en niet van de veiling. Het is Carrefour menens want ondertussen werkt men al samen met 728 lokale producenten. Dat resulteert over alle winkels heen in meer dan 10.000 lokale producten. Een duurzaam initiatief. Vooral omdat de lokale boeren niet langs de centrale aankoopdienst van Carrefour dienen te passeren. Ze onderhandelen de prijs voor hun producten rechtstreeks met de franchisenemer van de winkel. Het gaat trouwens niet alleen om groenten of fruit maar ook bier van de plaatselijke brouwerij, lokaal gebrande koffie en ambachtelijk gemaakte confituren – om er maar enkele te noemen – behoren tot het gamma. Ook de andere supermarktketens lijken deze trend te volgen.
“We hebben bewust gekozen om geen monoteelt te doen maar verschillende soorten groenten te kweken.”
Evi Van Camp – Gebroeders Vercammen
Zorg voor groenten én mensen
Dat de aandacht voor de korte keten en voor biologisch geteelde groenten door corona een boost gekregen heeft weten ze ook bij Gebroeders Vercammen in Koningshooikt (Lier). Dagelijks staan er lange rijen mensen aan te schuiven aan de hoevewinkel van het landbouwbedrijf. “We hebben bewust gekozen om geen monoteelt te doen maar verschillende soorten groenten te kweken”, zegt boerin Evi Van Camp (38). “We verbouwen hier nu bijvoorbeeld 25 soorten groenten en kruiden. Enkele hectaren bloemkolen of aardappelen zal je hier dus niet vinden. We zetten alles in kleinere reeksen en we verkopen het ook zelf. Zowel aan particulieren en op de markt als aan de lokale horeca. Sinds 2013 hebben we onze eigen hoevewinkel.”
Piëmontese runderen
Ondertussen is het landbouwbedrijf ook gestart met een zorgboerderij. Evi beschouwt de zorg- en beleefboerderij als een maatschappelijke meerwaarde. “Een rondleiding, workshops, kampen, picknicks, een maïsdoolhof, time-out, zinvolle dagbesteding of individuele begeleiding. We dragen graag ons steentje bij tot een warmere maatschappij. Die mensen halen hier heel veel voldoening uit hun werk. Ze sorteren voor ons bijvoorbeeld de bakjes die terugkomen van de markten. Het zijn vooral mensen met autisme, uit de psychiatrie en jongeren die geplaatst zijn door de jeugdrechter”, legt Evi uit.
Gebroeders Vercammen kweekt ook vleeskoeien op kleinschalige wijze. En zelfs daarbij staat duurzaamheid voorop. “Dat zijn Piëmontese runderen”, legt Evi uit. “Je vindt dit ras bijna niet in België. Het vlees is misschien iets minder mals als dat van andere rassen, maar naar smaak toe staan ze helemaal bovenaan. We gebruiken hun mest ook voor onze velden. Het groenteafval wordt gebruikt als voeding voor de koeien.”
We moeten op zoek naar innovatieve en duurzame manieren om ons voedsel te produceren.
10 miljard
In 2050 zullen we genoeg voedsel moeten produceren om wereldwijd 10 miljard mensen eten te geven. Een schier onmogelijke opdracht omdat van alle vruchtbare grond op de wereld nu al de helft benomen is. Het regenwoud ontbossen om er akkers van te maken of weiden waar koeien kunnen op grazen is geen optie. Bovendien moeten we, om de klimaatopwarming onder controle te houden, veel minder CO2 produceren. Als je weet dat de landbouw, via de gassen die koeien produceren, verantwoordelijk is voor 10% van de uitstoot…
Kortom, we moeten op zoek naar innovatieve en duurzame manieren om ons voedsel te produceren. Een daarvan is aquaponics.
Grondstoffen en mest worden maximaal hergebruikt, de groenten die je teelt zijn volledig biologisch en het waterverbruik is veel lager dan in de reguliere landbouw.
Aquaponics
Hoe kan je op een beperkte oppervlakte toch een moestuintje onderhouden? Het resultaat heet aquaponics en is een ingenieus kringloopsysteem waarmee je op een duurzame manier je eigen verse groenten én vis kweekt. Zelfs als je geen tuin hebt… “Ik hou van aquariums en tropische vissen”, zegt aquaponics-pionier Glenn Hermans. “Bij het verversen van het water vond ik het zonde om het vervuilde water in de riool te gieten. Het is weliswaar niet meer geschikt voor de vissen, maar het is wel zeer voedselrijk. In mijn zoektocht naar een manier om het water op een biologische manier te zuiveren ontdekte ik het aquaponics systeem. Dat is een slimme kringloop waarin planten gevoed worden met de mest van de vissen én tegelijk het water zuiveren.”
Het systeem heeft heel wat voordelen. Grondstoffen en mest worden maximaal hergebruikt, de groenten die je teelt zijn volledig biologisch en het waterverbruik is veel lager dan in de reguliere landbouw. Hermans ziet vooral mogelijkheden in de kleinschaligheid en de flexibiliteit ervan. “We werken met plantenbakken die je zelfs aan een muur kan hangen. Je kan het inpassen in elke beschikbare ruimte en je hebt er weinig werk aan terwijl je toch een hoge opbrengst haalt. Omdat de planten voortdurend voedingstoffen krijgen, groeien ze sneller.”
Een gezin van vier personen dat een heel jaar eigen gekweekte groenten wil eten heeft al gauw een traditionele moestuin van 200 m² nodig. Voor deze duurzame en compacte manier van tuinieren volstaat reeds een oppervlakte van 20 m². Maar uiteraard kan hetzelfde systeem ook op grote schaal worden toegepast.
Ook de kippen maken deel uit van de duurzame kringloop. Zij krijgen onder andere plantenafval als voeding.
Kippen
Voor de gedreven ondernemer die Hermans is, blijft het daar echter niet bij. Hij voegt er nog een extra dimensie aan toe. Glenn vond een kippenras dat je eveneens op een kleine oppervlakte kan houden. “Ik heb momenteel kwartels en de Mechelse koekoek kriel. De kwartels zijn tevreden met een klein hok. De eitjes die ze leggen zijn zowel voor consumptie als om uit te broeden in een broeikas. De Mechelse koekoek kriel is een mini versie van dit gekende kippenras. Zij hebben wel een iets grotere ruimte nodig, maar het zijn zeer rustige dieren. Bovendien leveren ze dezelfde kwaliteit van vlees als de echte Mechelse koekoek.” Ook de kippen maken deel uit van de duurzame kringloop. Zij krijgen onder andere plantenafval als voeding. Bovendien worden ze gekweekt door hobbykwekers en niet door de grote commerciële bedrijven met legbatterijen.