Stad Mechelen wil evolueren tot een circulaire stad, waarbij afval wordt vermeden en het afval dat er is een grondstof wordt voor iets nieuws. Wist je dat slechts 2% van de koffieboon werkelijk in ons kopje koffie terechtkomt? Het koffiegruis belandt in de vuilbak, terwijl er verschillende toepassingen zijn om het gebruikte koffiegruis een tweede of zelfs derde leven te geven.
Binnen de stedelijke organisatie belandt naar schatting jaarlijks 3276 kilogram koffieafval in de restafvalzak. De berekening dateert van de periode voor COVID-19 en dus voordat telewerken de norm werd bij het stadspersoneel.
“De stad wil zelf het goede voorbeeld geven door koffiegruis, niet enkel gescheiden te laten ophalen, maar ook waarde toe te kennen en te hergebruiken als grondstof voor nieuwe producten en diensten. Met 4000 kg koffiegruis kunnen 400 kg oesterzwammen gekweekt worden”, vertelt schepen van duurzaamheid Marina De Bie. “We hebben als stad de kiem gelegd voor deze kwekerij en vonden in Citamine vzw de ideale partner om het stadslab uit te baten.”
“Op deze manier willen wij circulair ondernemerschap stimuleren, onze eigen rest- of afvalstromen ter beschikking stellen in functie van een toekomstgerichte economie en het goede voorbeeld geven aan anderen om aan de slag te gaan met hun afvalstromen”, vult schepen van ondernemen Greet Geypen aan.
Citamine vzw is een collectief van ondernemende burgers dat van Mechelen een eetbare stad wil maken door reststromen en onderbenutte plekken in de stad om te vormen tot ecosystemen voor lokale voedselproductie. Met de Coflab-bakfiets halen ze koffiegruis op bij stadsdiensten, horecazaken, scholen, rusthuizen… om te gebruiken als voedingsboden voor de kweek van oesterzwammen in de Potterij. Hiervoor ontwierpen ze speciale verzamelemmers die gerecupereerd worden bij frituren en sausleveranciers.
“De emmers worden in de kwekerij met de juiste verhouding koffiegruis, vezels van gemaaid en gedroogd bermmateriaal en mycelium gevuld, waarna ze in speciaal ontworpen kweektenten, bestaande uit restmateriaal van drukkerijen, onder de juiste temperatuur tot groei worden gebracht”, leggen initiatiefnemers Berit Van den Bussche en Stefan Van Ouytsel uit. “Deze Mechelse oesterzwammen worden in korte keten te koop aangeboden, bijvoorbeeld via Kabas, via M’akker of rechtstreeks aan horecazaken. De geproduceerde champost, dat is de overschot na het kweken van de oesterzwammen, wordt omgezet tot wormencompost wat ideaal is als bodemverbeteraar bij groenteteelt. Zo draagt dit project ook bij tot lokale, korte keten voedselproductie en het sluiten van de kringloop.”
Naast Coflab lanceert Citamine ook Cofmade. Dat is een platform waarbinnen alle geleerde lessen gedeeld worden met Mechelaars die zelf aan de slag willen gaan met koffiegruis om oesterzwammen, microgroenten of witloof te kweken. Het onderzoek gebeurde in samenwerking met studenten Space & Service Design van Thomas More.