thumbnail_Aldea-CEO-Anneleen-Desmyter-1-540×365

De Klare Kijk 1 jaar later: Anneleen Desmyter (Aldea)

Vorig jaar in juni interviewden we vijf CEO’s en vroegen om hun ‘klare kijk’ op de Corona-pandemie. We zijn nu bijna een jaar verder en er is heel wat gebeurd. Samen met deze Oost-Vlaamse topondernemers blikken we terug op hun antwoorden van toen, vragen hoe ze het jaar zijn doorgekomen en hoe ze nu naar de toekomst kijken. Vandaag: Anneleen Desmyter van Aldea.

Hoe kijk je terug op afgelopen jaar?

Ik denk dat het een heel uitdagend jaar geweest is voor veel bedrijven en werknemers. Het heeft zeer veel flexibiliteit gevraagd, zeker in de zorgsector. We zaten als zorgvastgoedbedrijf midden in de storm, maar zagen een ongelooflijke toewijding van onze medewerkers. Om hen te bedanken voor alles wat ze gedaan hebben, namen we ook deel aan de Week van de Vrijwilliger. We hebben toen met het directieteam een dag meegedraaid in twee van onze woonzorgcentra.

Hebben jullie COVID-19 sterk gevoeld? Hoe gingen jullie als bedrijf hiermee om?

De eerste golf hebben we vrij goed doorstaan. Dat was nochtans degene die de meeste flexibiliteit vroeg want we waren uiteraard nog niet voorbereid. Er heerste nog veel onwetendheid. Je zag in de tweede golf, ondanks dat deze veel sterker was, dat de mensen de situatie beter konden inschatten en comfortabeler waren in hoe ze moesten handelen.

Uiteraard hadden ook wij veel afwezigen onder ons personeel. Op de hoofdzetel was dat niet zo’n probleem, want we konden makkelijk van thuis werken, maar in de woonzorgcentra moet alles 24 op 7 blijven draaien. We hebben toen met interims en stagiaires van scholen gewerkt die hier en daar bijsprongen.

Zijn er zaken die je naar de toekomst toe anders zou organiseren met het oog op een pandemie als deze?

Laten we in de eerste plaats hopen dat zoiets zich nooit meer voordoet. Maar ja, de draaiboeken liggen klaar. Deze situatie heeft in elke sector een aantal zaken blootgelegd die zullen moeten veranderen. In elke crisis worden bepaalde zaken tegen het licht gehouden en bijgestuurd. Dat is ook niet slecht want het versnelt innovaties die anders misschien wel 10 jaar zouden geduurd hebben en nu op 2 jaar doorgevoerd worden.

In de zorgsector gaat het dan vooral over enkele aanpassingen wat wetgeving betreft. In het vorige interview riep ik de overheid op om niet langer te besparen op de zorg, maar dat is niet het enige. Zo is het beroep van zorgkundige te specifiek afgebakend. Tijdens een pandemie als deze kwamen we overal handen te kort. Het zou dus zeker geen slechte zaak zijn als het takenpakket dat onder de noemer ‘zorgkundige’ valt, een pak breder gezien kan worden.

De vaccinaties zijn volop begonnen. Hoe verloopt dit bij jullie?

Al onze residenties zijn inmiddels gevaccineerd, zelfs al voor de tweede keer. Dat is allemaal zeer goed verlopen. Meer dan 97% van onze medewerkers en bewoners heeft zich laten vaccineren. Vooral onder onze Waalse medewerkers voelden we eerst een grote terughoudendheid, maar nadat we een informatiecampagne uitrolden zagen ook zij het belang van de vaccinatie in.

Hoe kijk je naar de toekomst van Aldea? Zijn er bepaalde zaken veranderd op de agenda?

Ik was nog maar net begonnen als CEO van Aldea toen Corona uitbrak. We hadden op dat moment een strategisch plan uitgeschreven waar we conceptueel naartoe wensen te gaan. Zo willen we meer inzetten op inclusieve projecten en geloven we bijvoorbeeld in de combinatie van mensen met een lichte beperking en ouderen binnen dezelfde residentie.

Daarnaast vinden we het cruciaal om een warm thuisgevoel binnen onze woonrzorgresidenties. De pandemie heeft nog maar eens bewezen dat dit de juiste strategie is. Helaas hebben we wat tijd verloren in de uitrol van deze nieuwe projecten, maar ik merk een groot enthousiasme bij de medewerkers om hier nu in volle vaart mee verder te gaan.

Zijn er dingen die jullie voortaan anders zouden willen aanpakken?

300 dagen zonder regering, daar ligt niemand meer van wakker, maar 300 dagen zonder sociaal contact of de mogelijkheid om op restaurant te gaan blijkt een heel andere zaak. We hebben gemerkt hoeveel nood we hebben aan sociaal contact, ook ouderen in woonzorgcentra. Daarom geloven we nu nog meer in collectieve ouderenopvang in woonzorgcentra of assistentiewoningen en zetten we extra in op het mentaal welzijn van onze bewoners, bijvoorbeeld aan de hand van psychologen.

Daarnaast zou ik graag het beeld dat mensen hebben van woonzorgcentra zien veranderen. In mijn ogen werd de nadruk in de media te veel gelegd op het feit dat de bewoners hun familie niet konden zien, maar we vergeten soms dat ook oudere mensen thuis helemaal afgesloten waren van de buitenwereld. Sommigen hebben schrik om hun ouders naar een woonzorgcentrum te laten gaan, terwijl ik denk dat we met ons fantastisch personeel deze mensen net heel goed hebben ondersteund tijdens deze moeilijke periode. Ook onze medewerkers, wiens werkomgeving soms ten onrechte wordt afgeschilderd als een gevangenis, verdienen echt een pluim voor hun blijvend enthousiasme!

Een jaar lang coronamaatregelen, wat doet dat met jou persoonlijk?

Het is een tweesnijdend zwaard. Langs één kant heb ik genoten van de extra tijd met mijn familie, maar we snakken allemaal naar meer sociaal contact. Ik zal net als veel collega’s binnenkort nog meer met de glimlach naar het werk rijden om iedereen nog eens te zien.

Welk advies zou je jezelf een jaar geleden willen gegeven hebben?

Ik zou mezelf de raad geven om vooral te blijven gaan voor de dingen waar ik zelf veel energie uithaal. Dat betekent niet dat je werklust minder is, maar dat je je concentreert op de zaken die je echt belangrijk vindt.

Lees hier het vorige interview met Anneleen Desmyter bijna 1 jaar geleden.