Baeck & Jansen en zusterbedrijf Baeck Industries uit Balen hebben bij de handelsrechtbank in Turnhout bescherming tegen schuldeisers gevraagd en gekregen. De bedrijven in water- en staalbouw werken vooral voor openbare besturen en geraakten onder meer in de problemen door laattijdige betalingen. De bescherming loopt tot midden januari. Intussen dient een reorganisatieplan opgesteld.
De WCO-procedure is opgestart voor Baeck & Jansen nv Algemene Bouwwerken, Baeck Industries en Miranda nv Vastgoedmaatschappij, alle met zetel aan Langvennen in Balen. Die stellen samen een 70-tal mensen te werk. Ze maken deel uit van de bekende Group Baeck, die in Antwerpen nog andere bedrijven overkoepelt maar die blijven buiten de gerechtelijke reorganisatie. De groep legt zich vooral toe op openbare werken via openbare aanbestedingen.
Langdurige schulden
“De situatie is ontstaan door langdurige openstaande schulden van projecten uit het verleden en die lopen op”, zegt Ives Leflot, samen met Jan Thijs afgevaardigd bestuurder van de betrokken vennootschappen. “Het gaat om tegoeden van overheden, onder meer over meerwerken, extra budgetten die moeten worden vrijgemaakt en andere discussies. Daarnaast zijn er juridische dossiers die we hebben gewonnen maar waar de uitbetaling op zich laat wachten. Verder waren de resultaten gewoon slecht de afgelopen 2 jaren.”
Omdat de onderneming vreesde dat een schuldeiser naar de rechtbank zou stappen met een verzoek tot faillietverklaring, nam ze zelf het initiatief om uitstel van betaling te vragen. Dat werd ook aanvaard en de periode loopt tot 18 januari 2019. Onder het toezicht van 2 gedelegeerd-rechters dient het management een reorganisatieplan op te maken. In welke richting dat gaat, is nog niet duidelijk. “We zijn op dit moment vooral bezig met het nakomen van de wettelijke verplichtingen zoals het informeren van onze schuldeisers”, aldus nog Ives Leflot. “Hoe dit verder zal lopen, kunnen we nu niet voorspellen. In elk geval lopen er geen gesprekken met kandidaat-overnemers.”
De medewerkers zijn op dit moment vooral actief in de haven van Antwerpen met de renovatie van bruggen en het herstellen van sluisdeuren. Ook in Wallonië lopen er werven. “Die proberen we zo goed mogelijk verder te zetten, maar daarvoor zijn we ook afhankelijk van onze leveranciers”, besluit Ives Leflot.
