OUDENBURG – In deze bijzondere tijden laten we graag bijzondere West-Vlaamse ondernemers aan het woord en geven hen een forum om hun visie te vertolken. Vandaag Kathleen Verhelst, gedelegeerd bestuurder van Verhelst Bouwmaterialen en Logistics, alsook politica.
“Als individu, als ondernemer en politica maak ik deze coronacrisis vanop meerdere fronten mee”, aldus Kathleen Verhelst. “Ik gebruik het woord fronten omdat we op alle vlakken tegelijk een strijd leveren. Thuis, in de politiek, in het bedrijf. Net zoals zovelen, vind ik het niet gemakkelijk om alle ballen tegelijk in de lucht te houden. Als bedrijfsleider voelde ik de crisis heel hard. De vele onzekerheden wegen op elke firma, maar ondanks alles probeer je de economische ketting wel draaiend te houden. Dat vraagt veel inspanning, communicatie en solidariteit van iedereen in de onderneming. Ik ben blij dat ik als politica ook de bezorgdheden van bedrijven bespreekbaar kan maken in het parlement. De vragen en problemen waarmee mijn collega-ondernemers aankloppen, gaan vaak over zaken die ikzelf ook elke dag ondervind. Ik probeer iedereen een waardevol antwoord te geven, omdat ik weet hoe belangrijk dat kan zijn. De steunmaatregelen die de overheden namen, hebben heel wat bedrijven en werknemers financieel geholpen. Een goede ondersteuning door de banken en door kredietverzekeraars is nu ook cruciaal voor de bedrijfswereld om continuïteit te waarborgen. Deze ademruimte is belangrijk om de crisis te overleven, maar nu is er vooral nood aan perspectief op een herstart van de economische activiteit. Omzet is nog altijd beter dan overheidssteun. Voor de onderneming én de samenleving. En zeker ook voor de werknemers die hun job willen behouden.”
Nood aan dialoog
Als ondernemer pleit Kathleen Verhelst voor een duidelijke exit-strategie in overleg met de verschillende sectoren. Die exit zal geleidelijk zijn, zo weten we nu al. “Veiligheid en volksgezondheid gaan steeds voor”, zegt ze. “We kunnen ons niet permitteren om alle maatregelen van de ene dag op de andere los te laten en meteen weer overvolle ziekenhuizen te hebben, waarna een nieuwe economische lockdown moet volgen. Daar schieten bedrijven ook niets mee op. Met de heropening van enkele bijkomende handelszaken zijn de eerste voorzichtige stappen gezet. Als overheid moeten we het helikopterzicht wel bewaren en daarbij waken dat de exit zo fair mogelijk gebeurt en er geen oneerlijke concurrentie is. Nu wordt het hoog tijd om -vanzelfsprekend op een veilige manier en zonder de controle op het virus te verliezen- op dit elan verder te gaan en na te denken over de volgende stappen in de exit-strategie. Ik ben ervan overtuigd dat de overheid en experts daarbij best ook luisteren naar de oplossingen die de sectoren zelf aanreiken. Van op het terrein weten zij beter dan wie ook, wat haalbaar is voor werkgever en werknemer. We moeten beseffen dat een ondernemer steeds vooruit kijkt, en bij de verplichte sluiting onmiddellijk dacht aan hoe men in de eerste plaats veilig maar ook liefst weer volledig kan herstarten. Geleidelijk starten is voor veel ondernemingen immers inefficiënt en onrendabel. Liever wat langer dicht blijven, om dan volledig het werk te kunnen hervatten. Als ik naar mijn eigen sector kijk, die van de bouw, is er genoeg gezond verstand en knowhow om een herstart mogelijk te maken mét in acht neming van de social distancing. In de bouwwereld zie je meestal ruime showrooms waar men 100% veilig op afspraak kan werken. Ik ben ervan overtuigd dat in elke sector een plan van aanpak op maat kan en moet uitgewerkt worden.”
Samen sterk
“Cruciaal is ook dat we allemaal hierbij aan hetzelfde zeel trekken: werkgevers, werknemers, overheid én vakbonden”, vindt Verhelst. “Alleen door samen te werken, komen we heelhuids door deze storm. Ik betreur dan ook ten stelligste dat vakbonden her en der bijkomende en onredelijke eisen stellen vooraleer ze hun leden aan het werk willen laten gaan. De prioriteit moet nu zijn om weer aan de slag te kunnen gaan op een veilige manier. Als dit nodeloos wordt vertraagd of zelfs onmogelijk wordt gemaakt, dreigen er jobs verloren te gaan en dat wenst niemand. Eens we door deze crisis zijn, komt er ruimte en tijd om onze samenleving, economie en welvaartsstaat te verbeteren. Zodat iedereen weer vooruit kan in het leven. Ik kijk er alvast naar uit om de uitdaging aan te gaan.”
