LEUVEN/HALLE/VILVOORDE/AARSCHOT/TIENEN/DIEST/BRUSSEL – Uit een economische prognose van de Confederatie Bouw blijkt dat de sector er in 2020 met een forse 10% op zal achteruitgaan. En dan mag er geen tweede opstoot van de coronacrisis opduiken en moet het virus verdwijnen of in bedwang gehouden worden. Pas dan kunnen het derde en vierde kwartaal terug eerder normaal verlopen en de verliezen beperkt worden.
Tijdens het eerste kwartaal van 2020, waarin twee weken onder quasi lockdown plaatsvonden, daalde de activiteit van de bouw met 6,6%, zo blijkt uit een prognose van de Nationale Bank. Voor het tweede kwartaal verwacht men maar liefst een daling met 30%. “Het gaat echt om een ongezien harde klap”, weet Robert de Mûelenaere, gedelegeerd bestuurder van de Confederatie Bouw. “Enkel een heropleving vanaf het derde kwartaal kan er dan voor zorgen dat de klap die onze sector dit jaar zal krijgen beperkt wordt tot 10%, wat op zich nog een erg stevige klap is.”
Productie en huizenverkoop
Niet alleen de productie heeft immers een dreun gekregen (op het hoogtepunt van de coronacrisis was 2/3de van de bouwbedrijven helemaal of grotendeels gesloten), ook de verkoop van woningen stokte. Ondertussen zorgden verschillende continuïteitsmaatregelen op federaal en regionaal vlak voor de overleving van bouwbedrijven, maar nu is het volgens de Confederatie Bouw tijd voor een relanceplan, zoals tijdens de financiële crisis in 2008. De bouw zou daarbij het instrument achter deze relance moeten zijn en dat niet alleen omdat het om een grote sector gaat, maar ook om een hefboom voor de economie in haar geheel.
Investeringen ondersteunen
De Confederatie Bouw werkt momenteel zelf aan een relanceplan en denkt daarbij in eerste instantie aan het ondersteunen van de investeringen van de gezinnen, de ondernemingen en de overheden. “Bedoeling is om tot een evenwichtig pakket maatregelen te komen dat de sector meteen vooruithelpt”, besluit Robert de Mûelenaere.
