Vlaams-Brabant is bezig met een inhaalmanoeuvre in het woon-werkverkeer per fiets. Cijfers voor 2017 leren dat nu al een op vijf werknemers die fiets pakt van en naar het werk. Dat blijkt uit de derde mobiliteitsbarometer van de Leuvense hr-dienstverlener Acerta.
De opmars van de fiets als vervoermiddel van en naar het werk begon in Vlaams-Brabant in 2011. Vorig jaar zette de trend zich door. Het aantal werknemers in de provincie dat geregeld voor de fiets koos, nam met 15,6 procent toe in vergelijking met 2016. In 2017 opteerde 21,2 procent voor de fiets.
“Uit onze dagelijkse contacten met ceo’s en hr-directeurs leren we dat werknemers meer en meer aan hun werkgever vragen om bedrijfsfietsen beschikbaar te stellen. Al dan niet elektrische”, zegt Dirk Vanderhoydonck, directeur bij Acerta Consult. “De langer wordende autofiles hebben blijkbaar een pijnpunt bereikt.”
“Met een benefit motivation plan, waarbij de werknemers de keuze krijgen om een deel van hun loon te besteden aan bijvoorbeeld een elektrische fiets, kan de werkgever aan die vraag van de werknemers tegemoetkomen zonder zijn loonkost te verhogen. Het helpt bovendien dat de overheid actief inspeelt op deze behoeften met een beleid dat steviger inzet op fiets(snel)wegen.”
De opmars van de fiets in Vlaams-Brabant neemt niet weg dat de provincie achterop blijft hinken in het woon-werkverkeer. Het Belgische gemiddelde bedraagt 24,1 procent.