KU Leuven investeert 50 miljoen euro in nieuwe centra voor toponderzoek

core_MG_7905_optDe KU Leuven opent op 28 oktober twee nieuwe onderzoeksgebouwen op de Arenbergcampus langs de Celestijnenlaan in Heverlee. De universiteit investeert 50 miljoen euro in toponderzoek naar chemie en nanotechnologie.

Leuven Chem&Tech en Leuven NanoCentre. Zo heten de twee nieuwe gebouwen waarin de KU Leuven baanbrekend onderzoek wil verrichten in de domeinen chemie, chemische ingenieurstechnieken en nanotechnologie. De constructies zijn zo gespecialiseerd dat ze 50 miljoen euro kosten, de apparatuur niet meegerekend. De uitrusting kost nog eens 25 miljoen euro. Die middelen komen grotendeels van Hercules, het Vlaams agentschap voor financiering van onderzoeksinfrastructuur.

Leuven Chem&Tech en Leuven NanoCentre bieden samen 18.000 vierkante meter aan onderzoeksruimte. Er zullen liefst vijfhonderd onderzoekers samenwerken. Die zijn afkomstig uit zeven verschillende departementen en verbonden aan drie faculteiten van Wetenschap en Technologie (W&T). Daarmee bevordert het nieuwe project de interdisciplinaire onderzoekssamenwerking.

De gebouwen werden specifiek ontworpen voor het onderzoek dat er zal plaatsvinden. Ze zijn uitgerust met trilvrije vloeren, afscherming van radiomagnetische golven en gespecialiseerde laboratoria. Op nanoschaal werken is haast onmogelijk zonder trillings- en stofvrije afdelingen. Een voorbijrijdende vrachtwagen veroorzaakt al te veel trillingen om het onderzoek betrouwbaar te kunnen doen. Bij Chem&Tech wordt gewerkt met uiterst sterke magneten, apparatuur voor x-stralen en bioreactoren.

Chem&Tech en NanoCentre werden in 2009 geconcipieerd binnen het masterplan voor de hele Arenbergomgeving. De eerste spade ging in de grond in 2011. Over enkele jaren komt er nog een derde gebouw bij. In de renovatie van het huidige chemiegebouw zullen de biologen onderdak vinden. Samen vormen ze vanaf dan de Core Facilities.

Veel aandacht gaat uit naar de veiligheid. Niet verwonderlijk: in de nieuwe gebouwen wordt gewerkt met materialen waarvan een paar milligram voldoende is om een olifant buiten strijd te krijgen.