De Belgische regering verlaagt fors de roerende voorheffing die de buitenlandse aandeelhouders van AB InBev zullen moeten betalen. De overheid hoopt op die manier de hoofdzetel van de brouwerij in Leuven te houden. Op dividenden betaald aan Britse of Amerikaanse vennootschappen die voor meer dan 2,5 miljoen euro in het nieuwe brouwerijconcern aanhouden, zal slechts 1,69 procent roerende voorheffing gelden.
Het was even slikken toen bekend raakte dat het hoofdkwartier van AB InBev mogelijk verhuist van Leuven naar Londen. Een gevolg van de overnameplannen van concurrent SABMiller. De grootste aandeelhouders van de Britse brouwer met Zuid-Afrikaanse roots zijn bereid om voor de overname gedeeltelijk betaald te worden in aandelen van AB InBev.
Maar ze willen dan wel dat de hoofdzetel in Londen gevestigd wordt. Om zich aantrekkelijk te maken als investeringsland besloot Groot-Brittannië een tijd geleden om geen roerende voorheffing in te houden op dividenden die een Britse onderneming uitbetaalt aan Amerikaanse aandeelhouders.
De regering probeert te anticiperen op de verhuisplannen van de grote aandeelhouders van SABMiller. Ze doet dat door een regeling uit te werken waardoor ook ons land amper roerende voorheffing inhoudt op dividenden die naar het buitenland vloeien.
De verlaging zou volgende week al op de ministerraad komen. Met deze maatregel hoopt minister van Financiën Johan Van Overtveldt (N-VA) de concurrentiepositie tegenover andere landen scherp te stellen. Onmiddellijk nadat de plannen voor een verhuis naar Londen bekend waren geraakt, had Van Overtveldt AB InBev al uitgenodigd om de Belgische troeven toe te lichten. Hij stelt dat de Leuvense brouwerij zich bewust is van het verbeterde investeringsklimaat in ons land.
