Het intergemeentelijk milieubedrijf Ecowerf, een samenwerkingsverband tussen 27 Vlaams-Brabantse gemeenten, werkt een nieuw investeringsplan uit voor de containerparken in haar werkingsgebied.
De vernieuwde parken moeten zorgen voor meer gebruiksgemak voor de inwoners, kortere afstanden, uniforme tarieven en meer kostenefficiëntie.
Het Masterplan Containerparken is er gekomen op vraag van de gemeenten om de containerparken betaalbaar te houden in de toekomst. Tegelijkertijd wil EcoWerf de parken beter uitrusten en het gebruiksgemak voor de klanten verhogen. Vernieuwend is dat inwoners niet meer beperkt zullen zijn tot één containerpark, maar dat alle inwoners op alle containerparken terechtkunnen.
Op elk containerpark zal de inwoner met dezelfde afvalsoorten terechtkunnen en er eenzelfde prijs voor betalen. Een containerparkbezoek wordt hierdoor duidelijker en overzichtelijker.
Alle parken zullen worden uitgerust met DifTar-weegbruggen, een objectief systeem dat vandaag al in negen parken wordt toegepast. In totaal zullen er negentien containerparken over het werkingsgebied verspreid zijn, waarvan vijf tot zes nieuwe parken. Dankzij de strategische keuze van hun ligging, zou 93 procent van de inwoners wonen op minder dan tien minuten rijden van een containerpark.
Het totale kostenplaatje van de operatie is begroot op ruim tien miljoen euro. Dat is een aanzienlijke investering, die toch drie miljoen euro goedkoper is dan de hypothetische optie om alle 28 bestaande parken te actualiseren. De huidige personeelsbezetting kan behouden blijven.
EcoWerf zal het masterplan de komende weken met alle gemeenten afzonderlijk bespreken en in samenspraak met hen krijgt het zijn concrete vorm. De definitieve beslissingen rond het plan hoopt EcoWerf eind dit jaar te kunnen afronden.
Leen De Moor