Het is een veel gehoorde klacht dat er een grote kloof gaapt tussen de afstuderende jongeren en het bedrijfsleven. Niet alleen ondernemingen die actief zijn in de kenniseconomie hebben daaronder te lijden, maar ook ondernemingen die het moeten hebben van instromend talent om handenarbeid te verrichten, bijvoorbeeld in de bouw, waar de technieken ook snel evolueren en waar ondernemers vaststellen dat scholen om budgetaire redenen niet meer de middelen hebben om hun leerlingen met die nieuwste technieken te leren werken.
Groep De Vroe uit Merelbeke, die niet alleen woningen bouwt, maar ook gespecialiseerd is in binnen- en buitenschrijnwerk en in dakwerken en momenteel een zestigtal mensen tewerkstelt, blijft echter niet bij de pakken zitten en heeft nu een akkoord gesloten met het Technisch Atheneum Merelbeke dat ervoor zorgt dat de leerlingen uit het zevende jaar, richting dakwerken, drie dagen in de week les zullen volgen bij het bedrijf.
“Eigenlijk vloeit het akkoord logisch voort uit de stappen die we eerder dit jaar hebben gezet”, zegt Ingrid Grijp, die samen met haar echtgenoot Johan De Vroe de groep leidt. “In mei hebben we immers onze intrek genomen in een nagelnieuw gebouw. Daarin hebben we heel bewust ook heel veel ruimte voor zien voor opleidingsruimtes en leslokalen. Bij de officiële opening toonden we ook onze mobiele demowoning, die ons in staat stelt onze mensen te leren werken, zoals het in het echt moet. We hebben ruim 125.000 euro geïnvesteerd in de demowoning en in andere educatieve tools. Omdat de leerlingen hier drie dagen in de week les zullen volgen, zullen ze hier alle basistechnieken die bij dakwerken komen kijken, leren met de modernste technieken en dus goed voorbereid zijn op hun latere job.”
Opmerkelijk is dat de groep De Vroe niet onmiddellijk denkt dat de leerlingen automatisch later ook voor het bedrijf zullen werken. “We nemen geen stagiairs meer aan uit de school”, zegt Ingrid Grijp, “want dan zouden de collega’s/concurrenten ons misschien met een scheef oog bekijken. De leerlingen kunnen dus hier les volgens en vervolgens elders stage lopen. Dat moet normaal de hele sector ten goede komen.”